De Bijbel, Genesis 46
Hoofdstuk: Genesis 46
Genesis 46 31 Daarop zei Jozef tegen zijn broers en tegen het huis van zijn vader: Ik ga het aan de farao vertellen. Ik zal tegen hem zeggen: Mijn broers en het huis van mijn vader, die in het land Kanaän woonden, zijn naar mij toe gekomen. https://www.bijbelhoek.nl/index.php/bijbel/genesis/46/31